Spijbelweek
Ik was dus best gedisciplineerd bezig hè, met mijn planning en mijn projecttime en zo. Er hangt sinds september een whiteboard in mijn kamer. Aan het begin stond ie met name vol met inspirerende spreuken. Maar de laatste tijd schrijf ik er op zondagavond trouw mijn weekplanning op. In rood wat er de komende week sowieso gepland staat, in groen wat ik verder nog heb gedaan. En dit ging dus best goed hè? Ik stond elke werkdag om half zeven op. En ik stond in het weekend gauw twee uur mijn huis te poetsen (want de poetsvrouw is wegbezuinigd). Deze week ziet het er naar uit dat het bord nogal leeg blijft…
Normaal gesproken zit ik op maandag- en woensdagochtend vóór het werk zo’n drie kwartier mijn Spaans bij te spijkeren en sta ik me op dinsdag- en donderdagochtend een halfuurtje in het zweet te werken op youtubefilmpjes. Maar alle vakjes voor ‘s ochtends vroeg zijn deze week leeg gebleven. Hoewel ik nog een heel weekend voor de boeg heb om het een beetje goed te maken, heb ik deze week tot spijbelweek verklaard.
Werk (fijn werk)
Ik heb ook nog gewoon een baan. Ik coördineer bij de gemeente sinds half september de communicatie over de opvang van ongeveer 1.250 vluchtelingen in Amsterdam. Nuttig werk, dankbaar ook, beetje crisisachtig soms. Echt vis-in-het-water-werk. Comfortzone, absolute comfortzone. Maar deze week was het wel weer pezen. Lange dagen, geen pauze en nog een training crisiscommunicatie en een bezoek van een minister tussendoor.
Kikkererwtenstoof, jubileumbier en van die dingen
Vorige week dinsdagavond kookte ik een grote pan Indiase kikkererwtenstoof, woensdagmiddag maakte ik daar een bijna even grote pan saag paneer bij. Samen met de buurvrouw bracht ik ze naar het buurthuis voor het Supersintmaarten Superdiner met ongeveer 75 buurtbewoners en 15 vluchtelingen. Vrijdagavond trokken een paar gekken moordend door Parijs. Zaterdagavond fietste ik door de regen en de storm met achttien flessen zelfgemaakt jubileumbier naar een feestje zeven kilometer verderop. Zondagavond maakte ik één van mijn befaamde salades (quinoasalade met gegrilde groenten en gedroogde abrikozen) voor de volgende dag: een etentje met Marleen en andere vrijwilligers van het Ezelparadijs. Maandagavond stapte ik op station Duivendrecht in de verkeerde trein, belandde in Almere en reisde vanaf daar alsnog naar Amersfoort, met twaalf flessen ezelbier en een bak quinoasalade. Dinsdag ontving ik – met de woorden ‘hee hallo‘ – minister en vicepremier Lodewijk Asscher bij de noodopvang voor vluchtelingen in de Havenstraat.
Ik geloof dat het leven er gewoon even tussenkwam de afgelopen dagen.